Vissoorten:


BOT

Beste vangsttijd: Gehele jaar

De Bot is een platvissoort die eigenlijk het gehele jaar voorkomt in onze kustwateren, en je dus ook geregeld zult vangen. Doordat deze vis een eentoniger gekleurde bovenzijde heeft dan de schol, van bijna zwart tot donkergroen, en de helderde oranje vlekken is hij makkelijker te onderschijden van de schol waar de bot bijna op lijkt. Voor deze vis hoef je eigenlijk niet zover te gooien vanaf het strand omdat hij zeer dicht bij de kust komt. Het is dus ook wel leuk om hem eens te proberen te vangen met een goede karperhengel vanaf een pier of dijk met lichter lood als gebruikelijk vanaf de kant, want als hij gehaakt is en je haalt hem binnen zal hij z'n rug krommen wat als gevolg heeft dat door de waterweerstand het net lijkt of je een vuilniszak aan het binnentakelen bent. Deze taktiek gebruiken overigens wel de meeste platvissen. Hij voelt zich behalve in het zoute water ook goed thuis in brak water, en hij is ook al zelfs soms te vangen in het zoete water van de grote rivieren.

FINT

Beste vangsttijd: september t/m oktober

De Fint is in wezen, samen met de Elft die zo goed als uitgestorven is in ons land, de grote broer van de Haring. Het is absoluut een goede sportvis die door het meerendeel van de vissers belaagd wordt met kunstaas. De stekken waar je de Fint het beste kunt vangen zijn plekken waar er constante stroming is. Goede stekken die bekend staan om goed deze vis te kunnen vangen zijn de Nieuwe Waterweg, de Eemsmonding, sluizen, en uitlaatstromingen van centrales.

GEEP

Beste vangsttijd: mei t/m augustus

De geep is absoluut dé sportvis bij uitstek in ons zeewater. Met z'n onnavolgbare techniek die hij gebruikt, de snelheid, en de hoge sprongen die hij kan maken als hij gehaakt is (tot wel 10 meter!) wordt het materiaal waarmee je vist en je eigen kunnen goed op de proef gesteld. De geep is ook een aparte verschijning met z'n lange smalle lichaam en z'n lange puntige bek, is dit beest echt gemaakt voor snelheid. Het beste waar je je geluk kunt beproeven als je vanaf de kant vist zijn op pieren, golfbrekers en paalhoofden, zolang er maar goede stroming is rondom, want dat is voor de geep z'n jachtterrein vanwege de het voedsel aanbod wat o.a. kleine visjes en zagers zijn. Het materiaal wat je moet gebruiken hoeft helemaal niet zo zwaar te zijn en hoe lichter je hengel hoe groter de sport. Als je en stevige karperhengel hebt is dit perfect, het liefst ook met een baitrunner vanwege de aktie die de geep maakt als hij gehaakt is, je moet dus wel goed met je slip om kunnen gaan anders zal je aardig wat verspelen. Verder vis je met een zogenaamde geep dobber, een zeewerp dobber van een grammetje of 30/40. Hieraan bevestig je een wapperlijn van ongeveer een meter met een scherpe limerick als haak. Als aas wordt het meeste een stukje vis gebruikt van makreel of platvis, er wordt dan een langwerpig stripje gesneden met een fileermes uit de witte onderkant van deze vissen. Je kan deze vis over de totale kust strook vangen.

HAAI

Beste vangsttijd: mei t/m oktober

In onze kustwateren komen eigenlijk 3 soorten haaien voor namelijk de hondshaai (links), doornhaai (rechts) en de ruwe haai. De doornhaai is van deze soorten de meest voorkomende soort. Een haai vangen is eigenlijk een grote toevalstreffer dan dat er echt specifiek op gevist wordt. Mocht je met een tweede hengel je geluk willen beproeven dan zou ik naaar de oosterschelde gaan een garay hoekafhouder gebruiken met een stuk makreel eraan.

HARDER

Beste vangsttijd: juni t/m augustus

De harder is een van de weinige vissen in ons zeewater die (bijna) uitsluitend plantaardig materiaal eet zoals wieren en algen, ook eten ze kleine kreeftachtigen, zeeslakken en heel soms pakken ze ook een zeepier. Het is een forse vis die behoorlijke grote afmetingen kan krijgen en is dus een vis waar bepaalde vissers specifiek op azen. Er zijn 2 soorten harders namelijk de dunlip en de diklip harder, hoe je ze kunt onderscheiden lijkt mij dus duidelijk. De verspreidingsgebieden van deze twee harders komt vrijwel overeen en ze komen voor van IJsland tot en met Senegal. De beste tijd om oop harders te gaan vissen ligt rond Juni tot en met september en je kunt ze het beste aantreffen rond plekken waar zich een rijke vegatatie heeft gevormd van plantaardig materiaal. De beste stekken zijn dus ook kademuren, damwanden, steigers, pieren en dat soort situaties. We weten dus nu waar de harder uithangt maar hoe kun je ze dan het beste vangen zul je je nu dus afvragen. Wel, met kunstaas zoals verenpaternosters dus. Er wordt dan gevist zoals je dat bij de haring en de spiering moet doen. Je tuig laten zakken bij de plantaardige vegatatie in de buurt en dan steeds om de paar seconden je tuig 30 cm omhoog halen en dan weer laten zakken. Je zal op deze manier deaandacht van de harder trekken en hij zal daardoor tot een aanbeet worden verleid. Sommige figuren houden er andere methodes er op na om bij een school harders met een flinke dreg te proberen om een harder in v'n maag te haken door flinke rukken aan je hengel te geven. Op deze manier wordt er wel gevangen maar er blijven meer beschadigde dieren achter in het water op deze manier die een ellendige dood zullen sterven door de infecties die de wonden zullen geven door deze 'sportvissers'.

HARING

Beste vangsttijd: maart t/m mei

De haring kent iedereen wel, maar de beginnende zeevisser weet meestal niet dat je deze vis ook makkelijk vanaf de kant kunt vangen op pieren en dammen, vooral in Zeeland (Brouwersdam o.a.) Als je op deze vis wilt gaan vissen kun je het beste een leuke karperhengel meenemen met een haringpaternoster eraan. De techniek is zo dat je je hengel op en neer moet bewegen zodat je paternoster lekker veel opvalt, zodat de haring in z'n voedselnijd je haak pakt. Meestal kun je je paternoster vol met haring naar boven halen als je het treft dat er een grote school onder je zit. Je hoeft dus ook niet zozeer uit te werpen. Als je ze meeneemt voor consumptie is het ZEER aan te raden om de vis te kaken, te zouten en dan in te vriezen voor een paar dagen voordat je ze opeet, dit om de haringworm te doden waar je aardig ziek van kan worden als je pech hebt. Je hoeft ze ook niet zozeer zelf te doden, want de haring sterft zeer snel buiten het water.

HEILBOT

Beste vangsttijd: ons onbekend

De heilbot heeft een stevig, afgeplat lichaam en is gewapend met krachtige boven en ondertanden. Na tien jaar zijn de mannetjes 1 meter lang en wegen 16 kg. De vrouwtjes worden groter; 1,3 meter en wel 30 kg! De heilbot is een actieve roofvis die tot 1500 m kan duiken, dus op naar de boot.

HORSMAKREEL

Beste vangsttijd: juni t/m september

De horsmakreel is een typische 'boot'vis. Je zal hem dus ook praktisch niet vanaf de kant kunnen vangen. Verder is de beschijving hetzelfde als de makreel.

KABELJAUW / GUL

Beste vangsttijd: november t/m maart

Er is één vis waar elke winter gretig op wordt gevist, en dat is de gul. Waarom? gewoon omdat het dan tijd is! Als je op een verjaardag zit van familie en je legt die oom of tante uit waarom het zo leuk is om met vriestemperaturen te gaanvissen op de gul, zitten ze je meestal altijd aan te kijken of je nog wel helemaal gezond bent, althans dit probleem herhaalt zich altijd als ik ergens kom. Ik denk dat bijna elke zeevisser wordt geconfronteerd met dit verschijnsel, behalve als je net die ene oom tegenkomt die ook vist op zee. Wat maakt deze vis nu zo uniek dat elke zeevisser naar elke winter staat uit te kijken om dan met poolpakken en de hele mikmak een beetje te gaan staan hengelen op deze vis? Ik moet u helaas dit antwoord schuldig blijven, maar ik weet wel dat de adrenalinestoot die je krijgt als ja die hengeltop half af ziet breken een hoop goed maakt. Het vissen op gul is eigenlijk, net zoals het vissen op karper, een vissport op zich en het is dus vrij moeilijk om hierover te schrijven omdateigenlijk iedereen hier wel z'n eigen ervaringen en techniek er op na houdt. Ik zal dus hier ook mij vooral aan de beginnende zeevisser richten. De gul is te herkennen aan z'n 'sik' en aan z'n logge,marmeren lichaam die wel zo'n 1.40 meter kan worden en 30 kilo aan de haak. Hij komt voor in koel water vanaf de franse kust tot aan de barentszee, en in het noorden van Amerika. De beste periode om op deze vis te gaan vissen voor ons ligt ongeveer van november tot en met maart, hoewel in de zomer ook heel af en toe er een paar worden gevangen bij toeval. De gul zal je niet zoals de zeebaars aantreffen vlak onder de kust, maar je zal het toch echt wat dieper moeten opzoeken zoals vanaf een pier of havenhoofd. De zwaarste exemplaren zijn te vinden in de open zee en wel het meest bij scheepswrakken en obstakels op de bodem. Vanaf de kant kun je beste vissen met een montage die weinig weerstand geeft als de gul het aas wil pakken, zoals een montage met een garay hoekafhouder of nog beter een jojo paternoster waarbij de vis ook zichzelf makkelijker haakt. Als aas gebruiken we een stuk of 3,4 of 5 zeepierenaan elkaar geregen op je lijn met een haak 1/0 tot 5/0 dat alles bij elkaar een aantrekkelijk aas is.

MAKREEL

Beste vangsttijd: juni t/m september

Het is een vraatzuchtige vis die makreel. Hij voed zich voornamelijk met plankton, kleine kreeftachtigen, garnaalachtigen en kleine vis zoals sprot en jonge haring. Door z'n voedselneid is het een makkelijk te vangen vis als je op een boot staat boven een school makreel, je hoeft er dus ook niet veel van het vissen te weten om een berg van deze vis s'avonds weer mee terug te nemen. Veel vis wordt er op deze maniergevangen door figuren die met de 'zaak' zijn meegegaan op een zeevistocht die als ze thuis zijn de helft moeten weggooien omdat ze erachter komen dat elke dag makreel eten voor de komende 2 maanden net iets te veel is. Maar goed, de sportvisser zal zijn geluk vanaf de kant moeten beproeven met een zware karper hengel of een lichte strandhengel met een verenpaternoster eraan. Het is namelijk best wel een sterke vis waar je veel plezier aan zult beleven als je hem moet drillen. Een makreel vangen vanaf de strand kun je op enkele zeer grote uitzondering wel vergeten, hiervoor zal je moeten uitwijken naar pieren en dat soort stekken die en stuk de zee in gaan.

PUITAAL

Beste vangsttijd: juli t/m oktober

De puitaal kan je niet echt een sportvis noemen, dit vanwege zijn lengte die niet veel groter zal zijn als 15cm en het weinige verzet die hij geeft als je hem haakt. Het is wel een erg lekkere vis die net als de Geep groene graten bezit.

SCHAR

Beste vangsttijd: het gehele jaar

De schar is samen met de bot en schol één van de meest gevangen vissen in ons zoute water. De schar is een echte jager, en hij eet eigenlijk alles wat ter plaatse algemeen voorkomt. Het verschil waaraan je de schar makkelijk van de andere platvissen kunt onderscheiden is dat deze vis een 'droge', 'schuurpapier' achtige lichtbruine huid heeft. Verder is de vangstmethode hetzelfde als bij de andere platvissen.

SCHOL

Beste vangsttijd: het gehele jaar

Eigenlijk is de beschrijving van de schol bijna het zelfde als die van de bot, alleen dan dat hij in het algemeen een stuk groter en zwaarder kan worden dan z'n broer. De oranje vlekken op zijn rug zijn ook feller dan bij de bot. Evenals de Bot is deze vis overal te vangen in het zoute water en op een korte werpafstand vanaf het strand.

SPIERING

Beste vangsttijd: ons onbekend

Het eerste wat je opvalt aan de spiering is de lucht, dit ruikt namelijk sterk naar komkommer, en z'n ietwat doorzichtige lichaam. Het is niet een echte sportvis meer maar vroeger stonden hele legers mensen op pieren en kade's om deze smakelijke vis met paternosters met veel haken binnen te halen.

TONG

Beste vangsttijd: mei t/m september

Je kansen om een lekkere tong te vangen zijn het beste als je zit te vissen op een modderige bodem waar hij zich voedt met weekdieren, zandspiering, kreeftachtigen en wormen. Het is alleen de pest met deze vis dat in tegenstelling met de andere soorten platvissen dat je deze bijna alleen tijdens de schemering in de zomermaanden kunt vangen, op enkele uitzonderingen na natuurlijk want met een beetje mazzel kun je nog een tong pakken zelfs tijdens de wintermaanden, als ze eigenlijk al in de diepere open zee moeten zitten. Ze komen dan met grote scholen langs de kust en in de schelde's voorbij trekken waar je ze dan, al je goed zit, een aardig aantal bij elkaar kunt vangen. Op tong kun je het beste vissen met een montage die bijna geen weerstand krijgt van je hengel, zoals bijvoorbeeld een garay hoekafhouder. Als aas zou ik je willen adviseren om het met pieren of kleine spiering aan een aberdeen haak no.4.

WIJTING

Beste vangsttijd :november t/m februari

De wijting is familie van de kabeljouwachtigen en dat kun je zien aan z'n uiterlijk en ook merken door de periode dat hij in ons land is, de winter ongeveer tot februari. De wijting is eigenlijk meer een bijvangst voor de mensen die op de kabeljauw staan te vissen, maar je kunt er ook doelgericht op vissen met een verenpaternoster voor de makreel.

ZEEBAARS

Beste vangsttijd: mei t/m oktober

De Zeebaars vind ik persoonlijk de vis waaraan ik de meeste sport heb als ik vanaf de kant vis. Ondanks dat deze vis in het principe net zo groot word als een gul is hij toch zeker wel twee maal zo sterk. Ondanks dat het een typische zomervis is vang ik ze ook nog regelmatig tot in januari op de maasvlakte. De beste plekken om de grotere soorten van deze vis te vangen zijn op plaatsen waar de bodem ongelijk is met bijvoorbeeld rotsen, stenen of wrakken. Ze komen echter ook in het donker tot dichtop het strand voor omdat dan hun schuwheid wat afneemt, alleen worden de afmetingen dan wel kleiner. De beste methode waar ik zelf de meeste resultaten mee boek is een garay hoekafhouder met een wapperlijn van ongeveer 50cm. Als haak gebruik ik een grove platvis haak waarop ik twee zeepieren zet. De aanbeet van deze vis is zeer duidelijk want je hengeltop word aardig getest, ook als het om een kleiner exemplaar gaat want deze vis zal zeer fel en heftig proberen te ontkomen. Als de vis is geland let dan wel op z'n rugvinnen want die bezit een paar gemene stekels waar je jezelf aan kunt bezeren tijdens het onthaken. Er zit ook een soort uitsteeksel op z'n kieuwdeksel, dus als je deze vis wilt meenemen voor consumptie maak hem dan eerst dood voordat je hem onthaakt! Het is een zeer smakelijke vis dus als hij boven de minimum maat zit (36cm) zal ik hem ook zeker meenemen.

ZEEDUIVEL

Beste vangsttijd: ons onbekend

De Zeeduivel kan niet zo goed zwemmen en houdt zich daarom voornamelijk op in ondiepe kustwateren. Hij jaagt op allerlei vissen en ongewervelde dieren.Hij is soms zo vraatzuchtig dat 1/3 van zijn gewicht bestaat uit de inhoud van zijn maag. Komt voor van in de Oostelijke Atlantische Oceaan van Noorwegen tot in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee. Kleinere exemplaren worden ook wel eens gevangen op de maasvlakte en in de oosterschelde.

ZEEFOREL

Beste vangsttijd: juni t/m september

De Zeeforel is een vis die tot enkele jaren geleden maar zeer sporadisch voorkwam in onze wateren.Gelukkig gaat het met onze waterkwaliteit de goede kant op vanwege het uitbannen van de fosfor in onze wasmiddelen, en wordt deze vis steeds vaker weer gevangen. De Zeeforel komt vooral voor in ons land als de watertemperatuur warm is en dan ook vaak bij de wateruitlaten van centrales. Goed voorbeeld is onder andere de uitlaat van de electriciteitscentrale op de maasvlakte waar bij mijn weten deze vis al meerdere malen is gevangen. In de schemering of in de nacht heb je de beste kans om hem te vangen. Je kan ze vangen met natuurlijk aas of kunstaas. In beide gevallen wordt hoe dan ook gebruik gemaakt van dezelfde hengel die men gebruikt als op het vissen van Geep, een flinke karperhengel dus. Als natuurlijk aas is verreweg het beste de steurgarnaal, maar ze willen ook wel eens kweekzagertjes pakken of een dotregenwormen, dit alles onder b.v. een stabilo dobber. Als kunstaas wordt vaak een slanke dikke lepel gebruikt. Verders wordt er ook wel door vliegvissers op deze vis gejaagd. Ongeschreven regel onder de sportvissers is dat als je hem vangt, dat hij ook weer teruggezet wordt.

ZEEPALING

Beste vangsttijd: juni t/m september

Zeepalingen worden vaak ook wel congeraal genoemd en worden vele malen groter en zwaarder dan de gewone paling. Er zijn enkele aanwijzingen die je in acht kunt nemen om uit te vinden dat je ook een echte zeepaling hebt gevangen namelijk: Het oog van de zeepaling is ovaal en bij de paling rond, de borstvin is puntig in tegenstelling van de gewone paling die namelijk rond is en dat de bovenkaak langer is dan de onderkaak. Zeepaling gevangen rond de kust zullen een bruinige kleur hebben en de vissen uit het diepere water hebben een bruine rug met grijze flanken. Zeepalingen komen op zowel op 100 meter diepte, alswel op ondiep water voor en zijn te vangen op zowel rotsachtige als zanderige kusten. De grotere ememplaren zal je sneller aantreffen tussen rotsen, keien, wrakken en basaltdammen omdat ze jagen vanuit hun schuilplaats die ze op die plekken makkelijker zullen vinden. Het zijn echte jagers en dat kun je ook zien aan hun vlijmscherpe tanden. Ik raad dus ook aan om hem eerst te doden en dan pas te onthaken en niet alleen daarom, het zal namelijk ook niet zo makkelijk zijn om een zeepaling te onthaken als hij zich flink verzet op de kant met het kronkelen van zijn lichaam. Het zal dan ook niet de eerste keer zijn dat je je tuig wel kunt vergeten als je een zeepaling vangt. Ze vreten vrijwel alles wat aan kleine vissen en andere zeedieren voor hun bek komt maar het lieft pakken ze kabeljauwachtigen (kabeljauw,wijting,schelvis,koolvis e.d.), platvissen, kleine haaien, haring, sardien, inktvissen en krabben. Het wordt een steeds zeldzamere vis en je moet er van houden om gericht op deze vis te jagen.